Academia.eduAcademia.edu

Middle Kingdom fortresses and their relation to the topography

2020

Abstract

De Middenrijksforten van Buhen en Uronarti zijn het onderwerp van het onderzoek in deze paper. Na een uitvoerige inleiding over de context en geschiedenis die gepaard gaat met de bouw van deze forten vindt het uiteindelijke literatuuronderzoek plaats. Doordat de forten in Nubië grotendeels onder het water liggen, ten gevolge van de bouw van de Aswandam, is veel kennis verloren gegaan. Egyptologen zoals Emery en Vercoutter hebben getracht om tijdens de UNESCO reddingscampagne zo veel mogelijk grote structuren op te graven in de korte tijd die ze kregen. Hierdoor hebben de archeologen niet alle informatie kunnen verzamelen die er te rapen viel. Het fort van Buhen is uitvoerig bestudeerd geweest door Emery en zijn team. Dit fort wordt beschouwd als een “schoolvoorbeeld” binnen de groep van de Egyptische forten uit het Middenrijk. Dankzij het opgravingsverslag van Emery is er over het fort van Buhen in tegenstelling tot andere forten in Nubië zeer veel geweten. Het onderzoek over het fort van Uronarti daarentegen heeft lange tijd stil gelegen. De enige informatie die de egyptologen toen hadden, was het opgravingsverslag van Dunham uit de jaren 60. Welsby ontdekte in 2002 en 2004 dat de forten van Uronarti en Shalfak boven water lagen. Sinds de start van nieuwe archeologische surveys en opgravingen in 2012 door Brown University en Swansea University komen we steeds meer te weten over dit unieke fort en haar inwoners. In mijn literatuuronderzoek bespreek ik, op basis van de architectuur en administratie van de forten én enkele argumenten van Egyptologen zoals Kemp en Vogel, waarom het militair karakter bij deze twee structuren van primair belang was. Hierna toon ik aan dat de topografie wel degelijk een rol heeft gespeeld bij de bouw van het fort van Buhen en het fort van Uronarti. Bij de bouw van de militaire forten in Nubië kwam de topografie van het landschap op de eerste plaats en de functie van het fort op de tweede plaats. Echter bij de archeologische opgravingen van beide forten is er zeer weinig aandacht besteed aan de invloed van het natuurlijk landschap en haar eigenschappen op de bouw van het fort. Dit is ook een probleem bij andere onderzoeken over de Middenrijksforten in het algemeen. De topografie was een belangrijk onderdeel in de beslissingen die de Egyptische architecten moesten nemen om hun grenzen goed te kunnen verdedigen. Je kan geen functioneel fort bouwen indien je geen kennis hebt van de ondergrond. Vandaar dat ik met deze paper de aanzet wil geven voor verder onderzoek.

Key takeaways

  • Uronarti en Kor zijn ook voorbeelden van forten die eerder als een depot werden gebruikt dan als een grenspost die streng werd bewaakt door soldaten.
  • Om verwarring te vermijden wordt deze naam ook in deze paper gebruikt, aangezien de noordelijke regio van het tweede cataract eveneens forten bevat die onder het eerste type vallen, zoals de forten van Buhen en Mirgissa.
  • De meeste forten hadden ook een weg naar de Nijl zodat het nog mogelijk was om in het geval van een belegering water te gaan halen.
  • Het fort van Buhen hoort bij de groep van de forten die op een vlakte zijn gebouwd.
  • In de twee forten bevinden er zich ook een pomoerium, een beschermde weg naar de Nijl, soldatenbarakken, het huis van de commandant, voedselvoorziening voor een lang verblijf en schietgaten.