Academia.edu no longer supports Internet Explorer.
To browse Academia.edu and the wider internet faster and more securely, please take a few seconds to upgrade your browser.
…
53 pages
1 file
Deel van de collegereeks Complottheorieën, Universiteit Utrecht winter 2024-2025. Volledige titel: "Buitenaardse bezoekers en Atlantische piramides: pseudo-archeologische complottheorieën, van Von Däniken tot Netflix" ("Alien visitors and Atlantic pyramids: Pseudo-archaeological conspiracy theories, from Nazi Germany to Netflix").
Tijdschrift voor Sociale en Economische Geschiedenis/ The Low Countries Journal of Social and Economic History, 2012
Lies Van de Vijver dIStrIbutIe en exploItatIe van fIlm te gent Een historische typologie op basis van de programmeringsprofielen Distribution and exhibition in Ghent. A historical typology based on programming profiles This article analyzes how local distribution and exploitation of film functions based on the specificity and historical characteristics of the Ghent film market over a course of thirty years. Three distinct concepts, the offer, popularity and circulation of mostly foreign film are analyzed by means of programming listings in the local newspapers as an alternative method for analyzing financial data. The article shows the continuous popularity of French cinema and the postponed popularity of American film. Longitudinal programming profiles of the cinemas show distinct programming strategies according to the origin of the films to attract different audiences and the analyses of the film circulation throughout the city cinemas show a rather flux hierarchy in the exhibition market defined by its locality Filmstudies richtten zich sinds hun opkomst in de jaren zestig vooral op de stilistische en narratieve dimensies van het medium. Veel filmonderzoek vertrok dan ook vanuit individuele filmteksten waarbij niet of slechts zijdelings werd verwezen naar de historische en sociale context waarin een film werd geproduceerd en vertoond. 1 Sinds de jaren zeventig kwam daar enigszins verandering in. 2 Robert C. Allen en Douglas Gomery pleitten er in hun boek 'Film History. Theory and Practice' voor om historische documenten over technologische, sociale, economische of esthetische ontwikkelingen te integreren in filmonderzoek. 3 Ze schreven dat filmgeschiedenis hoofdzakelijk een vaak lineaire en evaluatieve geschiedenis was van productie, pro
2009
Leidschrift is een zelfstandig wetenschappelijk historisch tijdschrift, verbonden aan het Instituut voor geschiedenis van de Universiteit Leiden. Leidschrift verschijnt drie maal per jaar in de vorm van een themanummer en biedt hiermee al ruim twintig jaar een podium voor levendige historiografische discussie. Artikelen ouder dan 2 jaar zijn te downloaden van www.leidschrift.nl. Losse nummers kunnen per e-mail besteld worden. Het is ook mogelijk een jaarabonnement op Leidschrift te nemen. Zie www.leidschrift.nl voor meer informatie. Leidschrift is an independent academic journal dealing with current historical debates and is linked to the Institute for History of Leiden University. Leidschrift appears tri-annually and each edition deals with a specific theme. Articles older than two years can be downloaded from www.leidschrift.nl. Copies can be order by e-mail. It is also possible to order an yearly subscription. For more information visit www.leidschrift.nl.
TMG Journal for Media History, 2015
Brood & Rozen, 2006
Onderzoeksrapporten agentschap Onroerend Erfgoed
2013
In Conscience in Scandinavië. Een bibliografische verkenning (1985) heeft Hilda Van Assche aangetoond dat het werk van Conscience in de lange negentiende eeuw vertaald werd in de Scandinavische talen en het Fins. Meer dan vijftig jaar na zijn publicatie (in 1838) werd Consciences bekendste roman De Leeuw van Vlaenderen vertaald in het Noors (1892), het Deens (1901) en het Fins (1919). Als uitbreiding op de bibliografie van Van Assche heb ik in de digitale databanken van Deense, Noorse en Zweedse bibliotheken gezocht naar werk van Conscience in de originele taal en in vreemde talen. Na de laatste vertaling in 1919 werden er redelijk wat werken van Conscience in de Scandinavische bibliotheken opgenomen, zowel in de originele taal als in talen zoals het Frans. De Leeuw van Vlaenderen is ook te vinden in Zweedse bibliotheken. De beschikbaarheid van Consciences oeuvre is weliswaar geen maatstaf voor de zichtbaarheid ervan in het Scandinavische literaire veld. Wordt Conscience genoemd in Scandinavische literatuurgeschiedenissen en in de overzichtswerken over Nederlandstalige literatuur die in Scandinavië zijn geschreven? Waarom werd De Leeuw van Vlaenderen pas op het einde van de negentiende eeuw in het Deens en het Noors vertaald? En waarom gebeurde dat pas in 1919 in het Fins en zelfs helemaal niet in het Zweeds? Mijn veronderstelling is dat bepaalde ontwikkelingen in de Scandinavische literatuurgeschiedenis en de plaatselijke taalpolitiek daarin een belangrijke rol hebben gespeeld, en dat de roman moet worden beschouwd als een voorbeeld van transnationale romantiek.
Leidschrift : Elites, 2000
Het kan licht gebeuren, dat men, de opmerkzaamheid steeds gericht op neergaan, uitleven en verwelken, te veel van de schaduw des doods over het werk laat vallen'. Deze woorden zijn, hoe kan het anders, neergeschreven door Johan Huizinga, en wel op 31 januari 1919 na voltooiing van zijn Herfsttij der Middeleeuwen. Ze zijn opgenomen in het 'Voorbericht' bij de eerste druk van die studie en vormen als het ware een reactie van de auteur na herlezing van zijn eigen boek. Zijn Herfsttij was erop gericht aan te tonen dat de Frans-Bourgondische cultuur van de veertiende en vijftiende eeuw niet alleen als 'advent der Renaissance' gezien moest worden, maar ook en vooral als 'de middeleeuwsche beschaving in haar laatste levensgetij, als een boom met overrijpe vruchten'. Kijkend naar de Late Middeleeuwen zag hij een avondhemel, 'vol bloedig rood, zwaar en woest van dreigend loodgrijs, vol valschen koperen schijn.' 1 Blijkens de hierboven als opening geciteerde woorden was Huizinga zelf zich terdege bewust van een mogelijke vertekening door eenzijdigheid. Dat heeft echter niet kunnen verhinderen dat het door hem zo magistraal geschilderde beeld van het Middeleeuwse avondrood een eigen leven is gaan leiden en vele interpretaties van laatmiddeleeuwse cultuurverschijnselen heeft beïnvloed. Cultuuruitingen in de vijftiende eeuw werden meer dan eens geïnterpreteerd als schone schijn, als elementen in een droomcultuur, als schitterende levensvormen los van de harde, zakelijke en vaak ook veel minder kleurrijke realiteit. 2 J. Huizinga, Herfsttij der Middeleeuwen. Studie over levens-en gedachtenvormen der veertiende en vijftiende eeuw in Frankrijk en de Nederlanden (Groningen 1984 16), vii-viii. Vgl. ook F.P. van Oostrom, 'De oude orde in verval? Hollandse hofliteratuur en Huizinga's Herfsttij', in: idem, Aanvaard dit werk. Over Middelnederlandse auteurs en hun publiek, NLCM 6 (Amsterdam 1992), 136-151, aldaar 139: 'Hoezeer men Huizinga ook moet relativeren: twee van zijn hoofdstellingen lijken toch moeilijk te loochenen: ten eerste, dat de aloude adel in de loop van de veertiende en vijftiende eeuw gevoelig aan macht inboet; en ten tweede, dat de kunst die deze adel cultiveert tegen dit positieverlies veelal een dam, of zelfs een rookgordijn opwerpt'.
Loading Preview
Sorry, preview is currently unavailable. You can download the paper by clicking the button above.
Brood & Rozen, 2006
Documenta, 2019
WT. Tijdschrift over de geschiedenis van de Vlaamse beweging, 2003
BMGN - Low Countries Historical Review, 2005
Onderzoeksrapporten agentschap Onroerend Erfgoed
Brood & Rozen, 1997
WT. Tijdschrift over de geschiedenis van de Vlaamse beweging
RePEc: Research Papers in Economics, 1998
Brood & Rozen, 1997
Brood & Rozen, 2016
Nederlandse Taalkunde, 2010
BMGN - Low Countries Historical Review, 1999
Relicta. Archeologie, Monumenten- en Landschapsonderzoek in Vlaanderen, 2015
Archeologie in Vlaanderen, 1993